Fictiedossier Oorlogswinter

A
1. De titel van het boek is Oorlogswinter
2. De schrijver van het boek is Jan Terlouw
3. De uitgever van het boek is Malmberg     
4. Het boek is in 2009 uitgegeven
5. Het boek heeft 197 bladzijden

B
1. Dit boek hebben we van school gekregen om het te lezen. Mijn eerste indruk was dat het boek over oorlog moest gaan, gezien de titel en de soldaten op de achtergrond. Het onderwerp oorlog vind ik ook interessant.

2. Ik heb het fragment gekozen waarin Dirk aan Michiel de brief geeft.
Dirk en Michiel staan in het schuurtje. Eerst verteld Dirk dat hij en anderen een distributiekantoor gaan overvallen, om bonnen te krijgen, maar er bestaat een kans dat er iets misgaat, dan moet hij de brief aan Bertus van Gelder geven.

Ik heb dit fragment gekozen, omdat dit het belangrijkste stukje van het boek is, ‘oom’ Ben luistert mee, zonder dat ze het weten, en verraadt hun later in het boek.

C
1. De hoofdpersoon van het boek Oorlogswinter is

- Michiel van Beusekom

2. Michiel van Beusekom is aardig, behulpzaam en zorgt voor Jack. Ik denk dat hij er nog erg jong uitziet, maar geestelijk al erg oud is. Michiel vindt het welzijn van anderen belangrijker dan zijn uiterlijk. Michiel geeft niet om uiterlijk, en heeft waarschijnlijk kleren met gaten aan.
 Hij heeft blond haar.

3. Michiel krijgt een brief van Dirk, die hij aan Bertus van Gelder moet geven, maar Bertus is meegenomen door de Duitsers. Michiel maakt de brief open. In de brief staat dat Dirk er een vliegtuig werd neergeschoten, waar een Engelse piloot in zat. De Duitsers hadden te vergeefs gezocht, maar vonden de Engelse piloot niet. Dirk had meer geluk en vond hem, gaf hem onderdak en zorgde voor hem, totdat hij werd opgepakt door Duitsers. Michiel ging naar de schuilplaats en zorgde voor Jack, hij had meerdere problemen: hij kwam niet gemakkelijk aan voedsel, en moest daarom ook veel voedsel kopen bij de boeren. Ook was Jack gewond, en moest zijn wond verzorgt worden, maar daarvoor moet Michiel iemand in vertrouwen nemen, uiteindelijk besluit Michiel zijn zus Erica, die leerling-verpleegster in Zwolle was geweest, in vertrouwen te nemen. Erica en Michiel zorgen voor Jack tot het einde van de oorlog.

4. Jack is een Engelse piloot, die een ongeluk krijgt, Michiel zorgt voor Jack.
Mevrouw van Beusekom is de moeder van Michiel.
De burgemeester van Vlank is de vader van Michiel.
Erica is de zus van Michiel, ze wordt verliefd op Jack.
Oom Ben is een goede kennis van de ouders van Michiel, hij verraadt Jack.
Jitzchak Kleerkoper is joods, en zit bij Michiel ondergedoken.
David Kleerkoper is de zoon van Jitzchak en is ook joods, hij zit bij Michiel in huis ondergedoken.



D
1. Het thema van het boek is Oorlog

2. De belangrijkste gebeurtenis is de oorlog tussen de Duitsers en de Nederlanders samen met het verzorgen en schuilhouden van Jack. De kans dat Jacks schuilplaats ontdekt word is groot, je mocht vooral je mond niet voorbij praten.

3. Michiel krijgt een brief van Dirk, die hij aan Bertus van Gelder moet geven, maar als blijkt dat Dirk en Bertus zijn opgepakt, leest Michiel de brief. Daarin staat dat er een Engelse soldaat, die Jack heet, verborgen word gehouden in de door Dirk zelf gemaakte schuilplaats, in het Dagdaler bos. Michiel geeft Jack eten, en Erica zorgt voor zijn wond. Dan worden er 10 mensen verdacht voor het vermoorden van een Duitse soldaat. Michiels vader hoort daar ook bij. Hij en nog 4 andere mensen worden vermoord. Veel later in het boek komen er duizenden mannen met koffertjes door Vlank gelopen, ze zijn uitgehongerd. Ze moeten in Duitsland werken. Later in het verhaal duiken Jitzchak en David Kleerkoper onder bij Michiel thuis, Michiel helpt ze de brug over te komen. Aan het einde van het verhaal staat Michiel buiten en hoort zijn moeder en broertje praten in de schuur. Michiel weet ineens wie de verrader moet zijn: ‘oom’ Ben. Ben stond buiten toen Michiel en Dirk tegen elkaar aan het praten waren, hij moet hun gehoord hebben. Als Michiel vraagt waarom Ben een verrader is zegt hij: ‘Ik heb het gedaan, omdat Hitler een groot man is’. Ben wordt afgeleverd aan meneer Postma, waar dan ook munitiewagens staan. Een bom raakte de munitiewagens en Ben was samen met de munitiewagens ontploft.

4. Het verhaal speelt zich af in de laatste winter van de 2^e Wereldoorlog, vandaar de titel Oorlogswinter.

E
1. Het speelt zich af in Vlank, vlakbij Hattem, tegenover Zwolle.
2. Het is in de verleden tijd (1944-1945), maar het laatste hoofdstuk is in de tegenwoordige · tijd.
3. Het verhaal heeft flashbacks op het verleden.

F

1. Jan Terlouw is geboren in Kamperveen, op 15 november 1931. Terlouw studeerde wis- en natuurkunde aan de Rijksuniversiteit, waar hij ook zijn diploma haalt. Daarna deed hij 13 jaar wetenschappelijk onderzoek, totdat hij besloot iets anders te gaan doen in zijn leven. Hij werd politicus en schrijver. Zijn eerste boek was: ‘Pjotr, vrijwillig verbannen naar Siberië’ (1970). Het boek kreeg de prijs van een jeugdjury. In 1971 kwam ‘Koning van Katoren’ uit. Weer een jaar later kwam ‘Oorlogswinter’ uit. In totaal heeft Jan Terlouw 15 boeken geschreven. De laatste kwam uit in 2008.